Herexamen 2014 PW 12
Goede antwoord: A.
Bij atriumfibrilleren wordt, zeker bij ouderen, doorgaans frequentiecontrole nagestreefd. Dit kan worden gerealiseerd door een bètablokker, digoxine en/of diltiazem (of verapamil). Een combinatie van metoprolol en diltiazem kan dus toegepast worden bij atriumfibrilleren als één van beide middelen niet voldoende effectief is. Het betreft hier derhalve een rationele combinatie waarbij versterking van de AV-blokkade juist gewenst is.
Bij deze patiënt zou een combinatie van een ACE-remmer en een diureticum rationeel zijn als er geen sprake was van atriumfibrilleren; beide middelen hebben echter geen effect bij atriumfibrilleren.
Antwoord D ten slotte is onjuist: weliswaar kan een ACE-remmer leiden tot vermindering van de nierfunctie, maar dat is op zichzelf geen reden een ACE-remmer te vermijden.
Bronnen: NHG-standaard Atriumfibrilleren 2010, de European Guideline Atrial Fibrillation 2010 en Focused Update 2012 (te downloaden via http://www.escardio.org/guidelines-surveys/esc-guidelines/Pages/atrial-fibrillation.aspx).