Veel geneesmiddelen kunnen als bijwerking visusstoornissen geven, zoals wazig zien. Bij een aantal middelen is deze klacht te verklaren als refractieafwijking of accommodatiestoornis. Denk hierbij aan anticholinergwerkende middelen en middelen die aangrijpen op α- en β-receptoren. Deze veroorzaken onscherp zien als gevolg van pupilverwijding of vernauwing, en verstoring van het vervlakken of bollen van de ooglens.