Turflijst toont inzet voor veiligheid. KNMP: 'Apothekers op de goede weg'
In totaal vulden 445 apotheken de turflijst in. Daarop hielden ze precies bij welke interventies ze uitvoerden op het gebied van medicatieveiligheid. Zo bleek bijvoorbeeld dat tijdens de actieweek per apotheek gemiddeld negentien medicijngesprekken plaatsvonden. In 78% van de deelnemende apotheken voerden apothekers medicatiecontroles uit aan de hand van de nierfunctie: gemiddeld negen per apotheek.
Brigit van Soest, programmamanager medicatieveiligheid van de KNMP: “Deze cijfers tonen dat apothekers op de goede weg zijn bij de uitvoering van de aandachtspunten – bijvoorbeeld verstrekking van maagbeschermers bij NSAID’s – in het medicatieveiligheidsprogramma van de KNMP.”
De resultaten van de analyse worden officieel bekendgemaakt bij de presentatie van het Witboek Farmacie op 24 januari in de Rode Hoed in Amsterdam.
Verplicht werken zonder beloning. Jan zonder apotheek wil slechts een tarief voor het doosje.
De situatie van de apotheekhoudenden begint steeds meer te lijken op die van gratis dwangarbeiders in een werkkamp. Middels Medisch Tuchtrecht en de IGZ zijn allerlei verplichtingen opgelegd, waar geen beloning tegenover staat.
1.Het dagelijks voor 24 uur nakijken van recepten/medicatieopdrachten en de computeruitdraaien. (1996 primperan casus)
2. Het adviseren als behandelaar.(2006 lithium casus)
3.Het controleren van foute artsenreceptuur.(BNN-Try before you die)
4.Het verzorgeren van de EU en TU (2010 alkeran casus) De EU wordt trouwens wel gehonoreerd, de TU niet.
5. Daarbij komen nu de zeer bewerkelijke richtlijnen medicatieoverdracht. Zelfs het kakelverse Witboek Farmacie beseft niet dat daar ook de NSAID-aankopen in supermarkt&drogist bijhoren.
Het geheel van kwaliteitsregels schreeuwt intussen om inschrijving op naam met een abonnementshonorarium. In 1987 heeft bovengetekende als departementsvoorzitter te Groningen nog tevergeefs gepleit voor het in stand houden van deze machtige verworvenheid. Onze positie ten opzichte van huisartsen is nu tariefrechtelijk duidelijk zorgwekkend te noemen. Het gebrekkige dossierbeheer door huisartsen zal dienen te resulteren in betaald dossierhoudersschap door apotheekhoudenden. Ter bevordering van de medicatieveiligheid.
In plaats van zich te fixeren op de hoogte van het tarief van 2011, zouden apotheekhoudenden een ultieme inspanning moeten doen om een abonnementstarief door de NZA gedefinieerd te krijgen, inhoudende:
1.Controle dagelijkse medicatieverstrekking. (1996 primperan casus)
2.Het adviseren van andere Biggers over de therapie. (2006 lithium casus)
3.Controle off-label on-label gebruik middels de indicatie op het recept.
(artikel 68 Geneesmiddelenwet)
4. Controle EU en TU. Het tarief van de EU kan worden gebruikt voor een medicatie-veiligheidsabonnement.
Het belonen van de apotheekhoudenden via een gedeeltelijk verrichtingentarief en gedeeltelijk abonnementstarief, doet meer recht aan de werkzaamheden in de apotheek en is in lijn met het tariefgebouw van de huisarts. Het is bovendien minder volumegevoelig, hetgeen in een marktomgeving excessen voorkomt.