Wereldwijde onderbehandeling hartpatiënten
Onderzoeker Salim Yusuf interviewde met zijn team ruim 150.000 volwassenen tussen 35 en 70 jaar over hun cardiovasculaire voorgeschiedenis en het gebruik van medicatie voor secundaire preventie. Ongeveer de helft van alle cardiovasculaire incidenten vindt plaats bij mensen met dergelijke events in de voorgeschiedenis. De onderzoekers concluderen dat het gebruik van preventieve medicatie structureel te laag ligt. Patiënten gebruiken minder medicatie naarmate het inkomen van een land lager is.
Patiënten in landen met een hoog gemiddeld inkomen gebruikten vooral statines (66,5%), gevolgd door antistollingsmedicatie (62%), bètablokkers (40%) en ACE-remmers en angiotensine-II-antagonisten (49,8%). In deze landen gebruikte 11,2% van de patiënten helemaal geen preventieve medicatie.
In landen met een laag gemiddeld inkomen waren deze cijfers een stuk dramatischer: 80,2% gebruikte geen enkele medicatie. Geslacht, opleidingsniveau, leefomgeving (stad of platteland), leeftijd, al dan niet roken, obesitas, diabetes en hypertensie waren van invloed op de gerapporteerde cijfers.
Deelnemers aan de studie waren afkomstig uit 17 landen met een hoog (3), hoog-normaal (7), laag-normaal (3) of laag (4) inkomen.
De auteurs noemen de gegevens zeer zorgwekkend, vooral omdat de betrokken geneesmiddelen goedkoop en makkelijk te verkrijgen zijn. Ze benadrukken dat elk van de genoemde medicijnen zowel de mortaliteit als de kans op een volgend event verlaagt.