NHG: medicatie kan visusdaling veroorzaken
De huisarts moet daar rekening mee houden als iemand medicatie met een anticholinerge werking gebruikt, zoals tricyclische antidepressiva en middelen bij urineretentie. Dat geldt ook voor parkinsonmiddelen, corticosteroïden (oraal, nasaal of per inhalatie), amiodaron of chloroquinederivaten.
Vermoedt de huisarts dat medicatie de oorzaak is van de visusklachten, dan kan die samen met de patiënt besluiten om het verdachte geneesmiddel te staken om te kijken of de klachten verdwijnen. Gebeurt dat niet, dan moet optometrist of oogarts nader onderzoek verrichten. De huisarts kan de patiënt ook direct verwijzen.
Dat staat in de NHG-Standaard Visusklachten die de standaard Refractieafwijkingen vervangt. De nieuwe standaard besteedt ook aandacht aan onder meer spoedeisende visusklachten, cataract en maculadegeneratie.