NZa: kosten dure geneesmiddelen blijven stijgen

Het gaat om geneesmiddelen die apart van de behandeling gedeclareerd worden, de zogenoemde add-ongeneesmiddelen. In 2015 werden zo’n 183.000 patiënten behandeld met deze middelen.

De kosten stijgen volgens de NZa onder meer doordat de nieuwe geneesmiddelen steeds duurder worden. In de eerste jaren na introductie op de markt stijgen de kosten het snelst doordat het geneesmiddel in kort tijd bij meer indicaties en dus bij meer patiënten wordt ingezet.

Het meeste geld wordt uitgegeven aan geneesmiddelen tegen kanker. In 2015 was dit minstens € 727,1 miljoen, een stijging van 15,4% ten opzichte van 2014. Opvallend is volgens de NZa de sterke stijging van het gebruik van medicatie voor oogziekten. De uitgaven aan deze geneesmiddelen zijn met 65% gestegen tot minstens € 36,5 miljoen in 2015.

Toegankelijkheid

De NZa is positief over de toegankelijkheid van dure geneesmiddelen en concludeert dat de belemmeringen voldoende worden ondervangen door zorgaanbieders en zorgverzekeraars.

Toch blijkt er nog winst te boeken als ziekenhuizen en zorgverzekeraars bij de introductie van een nieuw geneesmiddel direct afspraken maken. Ook adviseert de zorgautoriteit zorgverzekeraars tijdig duidelijk te maken bij welke ziekenhuizen ze welke behandelingen met dure medicatie inkopen.

Verder is het belangrijk dat ziekenhuizen de zorgverzekeraars tijdig informeren als zij financiële knelpunten ondervinden bij de verstrekking van geneesmiddelen en hierdoor patiënten moeten doorverwijzen, aldus de NZa.

De monitor ‘Uitgaven geneesmiddelen in de medisch-specialistische zorg’ maakt deel uit van een pakket van maatregelen van minister Edith Schippers van Volksgezondheid om te zorgen dat dure geneesmiddelen betaalbaar en toegankelijk blijven. De halfjaarlijkse monitor verschijnt nu voor de derde keer.

Ten slotte benadrukt de NZa actief te blijven monitoren of er problemen ontstaan in de toegankelijkheid van dure geneesmiddelen.