Prijsonderhandelingen besparen € 272 miljoen

In 2018 werden zeven onderhandelingstrajecten met succes afgerond, schrijft Bruins in zijn brief aan de Tweede Kamer, waarin hij opnieuw zijn motivatie geeft om stevig te onderhandelen met de farmaceutische industrie “die vaak zonder enige onderbouwing de hoofdprijs vraagt”.

Dankzij de financiële arrangementen waren vorig jaar dertig geneesmiddelen tegen een verlaagde prijs beschikbaar voor patiënten, onder meer Orkambi, Myozyme, Spinraza, Opdivo en Keytruda. Op basis van de oorspronkelijk vraagprijzen van de fabrikanten zouden de kosten voor de dertig middelen over heel 2018 in totaal € 754 miljoen bedragen. Na onderhandelingen werd dit uiteindelijk € 482 miljoen; een besparing van 36% (€ 272 miljoen).

Ondanks deze besparingen stijgen de uitgaven aan deze geneesmiddelen van € 319 miljoen in 2017 naar € 482 miljoen vorig jaar. Die stijging van € 163 miljoen (+51%) is, volgens Bruins, deels te verklaren doordat het om meer medicijnen gaat; 25 in 2017 en 30 in 2018, en deels doordat die middelen door meer patiënten worden gebruikt. De geneesmiddelen waarover is onderhandeld vormen daarmee ook een steeds groter aandeel in de totale uitgaven aan geneesmiddelen: bijna € 7 miljard in 2018.

Verder blijkt uit de rapportage dat het resultaat van de onderhandelingen sterk afhangt van hoe vaak een medicijn wordt voorgeschreven. Bij veel overeenkomsten geldt: hoe vaker, hoe hoger de korting.