Rechter: VGZ hoeft afbouwmedicatie niet volledig te vergoeden
De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland oordeelde vorige week in een geschil tussen VGZ en de Vereniging Afbouwmedicatie, die in een kort geding de ongeclausuleerde vergoeding had geëist van de magistraal bereide taperingstrips. Bij deze vorm van afbouwmedicatie wordt de medicatie geleverd in een medicatierol, en in elk zakje zit een dosering van één dag, die dagelijks geringer wordt. Deze magistrale bereiding wordt op dit moment alleen geleverd door de Regenboogapotheek.
Volgens de Vereniging Afbouwmedicatie lukt het niet altijd om met geregistreerde geneesmiddelen stapsgewijs antidepressiva af te bouwen zonder dat onttrekkingsverschijnselen ontstaan die zodanig ernstig kunnen zijn dat de patiënt geen andere keus heeft dat door te blijven gaan met het slikken van antidepressiva.
VGZ stelt dat er geen wetenschappelijk bewijs is dat deze zeer geleidelijke afbouw een beter resultaat geeft dan het afbouwen met behulp van in de handel verkrijgbare doseringen van geneesmiddelen.
Volgens de voorzieningenrechter kan in dit kort geding niet worden vastgesteld of de afbouwmedicatie in taperingstrips rationele therapie is en aan alle eisen voldoet om voor vergoeding in aanmerking te komen. Op dit moment wordt hierover een politieke, maatschappelijke en wetenschappelijke discussie gevoerd, benadrukt de rechter.
Multidisciplinair document
Tijdens de zitting gaf VGZ aan bereid te zijn een bepaalde afbouwvorm te vergoeden, zoals vastgelegd in het multidisciplinair document Afbouwen SSRI’s en SNRI’s, dat vorig jaar is opgesteld door KNMP, NHG, MIND Landelijk Platform Psychische Gezondheid en de Vereniging voor Psychiatrie. In dat geval zou uit een bericht van een begeleidend arts moeten blijken dat afbouwen in geringere stapjes een bepaalde fase of gedurende een zekere tijd nodig is voor de patiënt.
Volgens de rechter laat dit laatste onverlet dat VGZ van mening blijft dat taperingstrips geen rationele farmacotherapie is. Toch oordeelt de rechter dat VGZ op dit moment voldoende tegemoet komt aan de behoefte die er in sommige gevallen bestaat aan op maat gemaakte afbouwmedicatie en wijst de vordering van de Vereniging Afbouwmedicatie af.
Apotheekbereidingen van geregistreerde geneesmiddelen kunnen sinds 1 januari 2019 ook voor vergoeding in aanmerking komen, mits het rationale farmacotherapie betreft op kleine schaal en voor eigen patiënten.