Bruins: geen herbeoordeling voor ranolazine
Hoogleraar cardiologie voor vrouwen Angela Maas en Hartpatiënten Nederland willen dat ranolazine (Ranexa) vergoed wordt in Nederland. Volgens hen biedt het medicijn specifieke voordelen voor vrouwen met klachten door angina pectoris. Ranolazine is op dit moment niet op de markt in Nederland.
Bruins stelt dat Zorginstituut Nederland (ZIN) in 2010 heeft geadviseerd ranolazine niet op te nemen in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS), omdat het middel geen therapeutische meerwaarde had ten opzichte van de standaardbehandeling bij stabiele angina pectoris.
Omdat ranolazine sindsdien niet opnieuw is beoordeeld door ZIN, ziet de minister nu geen aanleiding het geneesmiddel in het GVS op te nemen. Mochten er nieuwe studies beschikbaar komen die de effectiviteit bij een bepaalde groep patiënten onderbouwen, dan kan de fabrikant een verzoek indienen voor een herbeoordeling.
Bij de beoordeling van ranolazine in 2010 heeft ZIN overigens niet specifiek gekeken naar een verschil in effect tussen mannen en vrouwen. Ook de aanvraag van de fabrikant van ranolazine was niet gericht op toepassing bij mannen of vrouwen. Volgens de minister concludeerde het Europees Geneesmiddel Agentschap (EMA) bij de toelating op de markt in 2008 dat werkzaamheid en veiligheid van ranolazine vergelijkbaar zijn tussen mannen en vrouwen.
Vergoeding buitenland
Op verzoek van Ploumen heeft Bruins onderzocht welke landen ranolazine wel vergoeden. Op de vraag die hij heeft uitgezet binnen het netwerk van nationale prijs- en vergoedingsautoriteiten hebben negentien landen gereageerd. In zeven van de negentien landen is ranolazine niet op de markt, en in vier van de twaalf landen waar het wel beschikbaar is, wordt het geneesmiddel niet (meer) vergoed.