NZa: toename van verwijzingen naar ziekenhuizen
Ziekenhuizen hebben aangegeven weer meer capaciteit te hebben voor patiënten zonder COVID-19, concludeert de NZa, dus ligt het ook in de lijn van de verwachting dat het aantal verwijzingen van huisartsen toeneemt. Maar dit betekent niet, benadrukt de zorgautoriteit, dat alle patiënten met een verwijzing ook daadwerkelijk worden behandeld.
In samenwerking met de koepels van ziekenhuizen probeert de NZa een meer actueel beeld te krijgen van het aantal behandelingen dat in de ziekenhuizen plaatsvindt.
Het aantal spoedverwijzingen ligt weer bijna op het niveau van voorgaande jaren. Alleen voor kindergeneeskunde blijven deze nog achter. Voor longziekten zijn de spoedverwijzingen sinds het begin van de COVID-19-pandemie juist gestegen.
Ook de verwijzingen voor patiënten die niet direct spoedzorg nodig hebben maar wel snel geholpen moeten worden, nemen weer toe. Alleen voor gynaecologie zijn deze urgente doorverwijzingen de afgelopen maanden nauwelijks gedaald.
Overzicht verwijzingen
Voor de analyse van de gevolgen van de coronacrisis voor de reguliere zorg maakt de NZa gebruik van data van ziekenhuizen en van ZorgDomein, een online platform waar vraag (vanuit de patiënt en huisarts) en aanbod bij elkaar komen. Huisartsen kunnen via dit platform patiënten doorverwijzen naar aangesloten instellingen. Vrijwel alle ziekenhuizen en een groot deel van de huisartsen maakt gebruik van dit systeem.
Wekelijks ontvangt de NZa van ZorgDomein een overzicht met verwijstotalen per provincie, specialisme en verwijstype naar zelfstandige behandelcentra (ZBC’s) en ziekenhuizen.