Kuipers wil invloed uitoefenen op ontwikkeling nieuwe medicijnen
Sinds 1995 zijn er in Nederland 464 merknamen (geneesmiddelen) op de markt gekomen voor de 33 aandoeningen met de hoogste ziektelast, blijkt uit het rapport ‘Opbrengsten huidige R&D-ecosysteem: analyse aantal marktintroducties geneesmiddelen vanaf 1995’, schrijft de minister in een brief aan de Tweede Kamer.
Verder blijkt uit de inventarisatie dat voor een kwart van de geselecteerde aandoeningen veel geneesmiddelen verschijnen, bijvoorbeeld voor diabetes mellitus, hiv/aids en borstkanker. Voor 30% van de aandoeningen is na een periode met weinig innovatie een stijging te zien van nieuwe merknamen, voor onder andere longkanker, leukemie, COPD en multipel myeloom.
Bij 15% van de ziekten is, volgens het rapport, sprake van stagnatie na een periode van veel ontwikkeling. Voor hypertensie, coronaire hartziekten en dementie zijn er de afgelopen jaren bijvoorbeeld nauwelijks nieuwe geneesmiddelen geregistreerd, terwijl dit daarvoor frequent het geval was. Verder zijn voor 30% van de aandoeningen bijna geen medicijnen op de markt verschenen vanaf 1995.
Weesgeneesmiddelen zijn bewust buiten beschouwing gelaten in het rapport, aangezien de Europese regelgeving al verschillende stimulansen bevat voor de ontwikkeling daarvan, aldus de bewindsman.
Regie
Het door Kuipers gepresenteerde rapport vormt de basis om verder te onderzoeken hoe Nederland meer regie kan nemen bij de ontwikkeling van geneesmiddelen. Uit eerder onderzoek bleek dat R&D sterkt financieel gedreven is: onze bereidheid als maatschappij om te betalen bepaalt welke medicijnen worden ontwikkeld.
Door gesprekken te voeren met artsen en patiënten wil Kuipers in de komende maanden inzichtelijk krijgen of de medicijnen die het huidige financiële ecosysteem oplevert, overeenkomen met de medische vraag. Daarbij richt hij zich zowel op ziektes zonder adequate behandeling als op ziektes waarbij de huidige behandeling niet volstaat, in de ogen van artsen of patiënten.
Financiële beloning
De uitkomsten van het vervolgonderzoek worden medio 2023 verwacht, waarna de minister in gesprek zal gaan met de Kamer over de mogelijkheden om de geneesmiddelontwikkeling in Nederland te stimuleren.
Opties daarbij zijn, volgens Kuipers: een signaal afgeven aan onderzoekers en investeerders aan welke nieuwe medicijnen behoefte is, en eventueel een financiële beloning in het vooruitzicht stellen. Ook kan de overheid, eventueel in samenwerking met private of Europese fondsen, onderzoeksgelden inzetten.
Hiermee kan de overheid zowel aan de voorkant als aan de achterkant meer regie nemen op de productie van geneesmiddelen, aldus de minister.