Minder prednison bij spierreuma door gebruik rituximab
Reumatologen van de Sint Maartenskliniek hebben recent ontdekt dat rituximab een veelbelovend alternatief is voor prednison. Het geneesmiddel wordt al voorgeschreven voor andere soorten reuma, maar tot nu toe nog niet voor spierreuma. Patiënten krijgen rituximab toegediend via een eenmalig infuus, terwijl prednison dagelijks als tablet wordt ingenomen.
Het onderzoek met een kleine groep toont aan dat patiënten die rituximab krijgen al na één jaar veel minder afhankelijk waren van prednison in vergelijking met de placebogroep. De helft van de patiënten die rituximab kregen, stopte na één jaar helemaal met prednison.
Nieuw onderzoek
Vanwege de veelbelovende resultaten van deze studie zal de Sint Maartenskliniek het onderzoek naar rituximab voortzetten in samenwerking met een aantal andere reumacentra, waaronder Rijnstate, Gelre Ziekenhuizen, Radboudumc, ZGT Almelo en UMCG.
Met subsidie van ZonMw en ReumaNederland worden twee aanvullende studies uitgevoerd, waarbij de ene groep rituximab krijgt op het moment van de diagnose spierreuma, en de andere groep op het moment dat sprake is van een opvlamming van de klachten.
De ziekenhuizen roepen patiënten op zich te melden voor deze onderzoeken.
Hinderlijke bijwerkingen
In Nederland krijgen jaarlijks ongeveer negenduizend patiënten van 50 jaar en ouder de diagnose spierreuma, ook bekend als polymyalgia reumatica (PMR). Van deze groep is ongeveer twee derde vrouw en een derde man.
65% van de patiënten met PMR ervaart hinderlijke bijwerkingen van prednison, zoals osteoporose, ontwikkeling van suikerziekte, een verhoogd infectierisico, dunner wordende huid, slapeloosheid, gewichtstoename en andere ongemakken. Daarnaast kan de behandelduur met prednison lang zijn, vaak wel twee tot drie jaar.