Ga naar inhoud. | Ga naar navigatie

Persoonlijke hulpmiddelen

Navigatie

NHG: voorkeur voor DOAC bij atriumfibrilleren

PW44 - 31-10-2023
Bij nieuwe patiënten met atriumfibrilleren gaat binnen de orale anticoagulantia de voorkeur uit naar een direct werkende orale anticoagulans (DOAC). Dit adviseert huisartsenorganisatie NHG in de herziene standaard Atriumfibrilleren.
NHG: voorkeur voor DOAC bij atriumfibrilleren

De DOAC’s lijken effectiever dan vitamine K-antagonisten (VKA’s) bij patiënten ouder dan 65 jaar met nieuw vastgesteld atriumfibrilleren, blijkt uit onderzoek. Ze geven een iets lagere kans op een herseninfarct en systemische embolie. Daarnaast lijken DOAC’s veiliger dan VKA’s: het risico op ernstige bloedingen en intracraniële bloedingen lijkt iets lager.

De voorkeur voor een DOAC-behandeling is van toepassing voor niet-kwetsbare patiënten. Bij kwetsbare ouderen is er niet nadrukkelijk een voorkeur voor een DOAC, onder meer omdat er minder onderzoek is gedaan bij deze groep. Ook is er meer ervaring opgedaan met VKA’s. De keuze is bij hen daarom afhankelijk van individuele kenmerken, bijvoorbeeld of er sprake is van een contra-indicatie. Het NHG adviseert huisartsen de voordelen en de nadelen van een DOAC of VKA met de patiënt te bespreken.

Verder is ook in de nieuwe standaard geen plaats voor trombocytenaggregatieremmer, zoals acetylsalicylzuur en carbasalaatcalcium, en clopidogrel. Deze middelen zijn niet zinvol bij atriumfibrilleren, geeft het NHG aan.

Document acties

Back to top