Labmuis met natuurlijke darmflora betere voorspeller
De onderzoekers plaatsten embryo’s van C57BL/6-muizen – de meest gebruikte stam labmuizen – in wilde muizen. Het nageslacht had de genetische kenmerken van de originele labmuis, maar bevatte een natuurlijk microbioom en pathogenen in de darm en vagina en op de huid. Deze muizen werden blootgesteld aan twee verschillende geneesmiddelen: de CD28-superagonist CD28SA, representatief voor de behandeling van adaptieve immuunreacties, en anti-TNF-alfa gebruikt bij onderzoek naar de aangeboren immuunrespons.
Data uit eerder preklinisch muizenonderzoek met deze middelen gaf compleet tegenovergestelde resultaten in klinisch onderzoek bij mensen. Bij de labmuizen met een natuurlijk microbioom kwamen de resultaten echter wel overeen met de klinische bevindingen, vermoedelijk doordat hun microbioom de menselijke situatie beter benadert