Helder over medicijnen

Niet “driemaal daags” op het medicijndoosje, maar “ochtend 1 tablet, middag 1 tablet, avond 1 tablet”, liefst in drie regels onder elkaar genoteerd. Ook niet “maximaal vier tabletten per dag”, maar “niet meer dan vier tabletten per dag”. Verder levert ‘zo nodig’-gebruik misverstanden op. Want als het doosje al een tijd lang in het medicijnkastje ligt, is de patiënt kwijt waarvoor het ook alweer was. “Dus de aandoening erbij: ‘zo nodig’ bij pijn, of ‘zo nodig’ bij benauwdheid.”

Mònica Mestre schudt de voorbeelden voor begrijpelijkere etiketteksten zo uit haar mouw. Apotheek Kanaleneiland gebruikte ze – samen met Apotheek Marco Polo en alle huisartsen in de wijk – bij alle eerste uitgiftes, tegelijk met de terugvraagmethode. Doel: de therapietrouw van patiënten bevorderen. Ze vormde hierbij een tandem met Sander Borgsteede van Stichting Health Base, die de onderzoekskant voor zijn rekening nam.

“Om de terugvraagmethode onder de knie te krijgen, kregen de assistenten een training met acteurs”, legt Mestre uit. “Want terugvragen mag niet leiden tot een overhoring. Dus ze leerden zeggen: ‘Ik heb u veel verteld; ik wil even checken of ik het goed heb uitgelegd’. Op die manier vraag je de patiënt jóu te helpen, en is de check minder een controle.”

“Soms heeft een patiënt haast, dan kan de assistent besluiten de terugvraagmethode bij de vervolguitgifte toe te passen. Of ze kan informeren naar wat de huisarts al over het gebruik heeft verteld.”

Interactief

Er zijn mooie gesprekken uit voortgekomen, zegt Mestre. “Heel interactief. Vaak begrepen patiënten heel goed dat we graag willen dat onze informatie goed overkomt. Zij voelden zich serieus genomen, en dat werd gewaardeerd. Ook de assistenten zijn blij: ze ervaren dat hun werk inhoudelijk betekenisvoller is, en daardoor leuker.”

“We hebben een draaiboek met implementatietips over het project gemaakt”, zegt Mestre. “Alle materialen zijn op te vragen bij Health Base. Want wij willen onze kennis graag delen.” 

“De assistenten ervaren dat hun werk inhoudelijk betekenisvoller is”, vertelt Mònica Mestre, “en daardoor leuker.”