Wc-papier
Ik ben lid van een serviceclub. Gemiddeld zitten daar best slimme mensen in, die de economische principes wel snappen. Maar als ik de geneesmiddelmarkt – met haar gereguleerde marktwerking – beschrijf, kijken ze me glazig aan. Ik krijg het principe niet uitgelegd; er zijn ook geen goede voorbeelden te vinden.
Tot ik een artikel las over wc-papier in Venezuela. Wc-papier is een van de eerste levensbehoeften in verband met de hygiëne; in Venezuela geldt dan een maximumprijs. Voor dat bedrag is geen import mogelijk, alleen binnenlandse productie. Echter, ook de binnenlandse producten vallen stuk voor stuk om, tot er één fabrikant van toiletpapier over is. Ook hier loopt het niet optimaal: de werknemers zijn onderbetaald en de productie is navenant. Het leger wordt naar de fabriek gestuurd om de werknemers te ‘stimuleren’ en in de gaten te houden.
Uiteindelijk ziet de Venezolaanse regering in dat de zaak onhoudbaar is en stelt ze een hamsterverbod in. Kijk, dit begint erop te lijken. Dit zou een reactie van de Nederlandse regering op de steeds vaker voorkomende medicijntekorten kunnen zijn.
Op den duur ben je voor veel middelen afhankelijk van slechts één fabrikant, omdat er niets meer te verdienen valt. Valt die uit, dan staan de kranten vol.
Shit happens!
Een sieraad voor het PW deze column!