Voorschrijven
In opdracht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg vroegen we huisartsen en specialisten of ze wisten dat ze voor 23 geneesmiddelen de reden van voorschrijven op het recept moesten zetten. Ook vroegen we ze of ze het ook daadwerkelijk deden en of ze de middelen uit het blote hoofd konden opnoemen.
De uitkomsten waren ontluisterend. Een kwart van de artsen was ook meer dan een jaar ná het ingaan van deze wettelijke verplichting niet op de hoogte. En wisten ze het wel, dan werd meer ‘niet’ of ‘soms’ gevolg gegeven aan deze plicht, dan ‘altijd’. Nog wranger: slechts één op de twintig huisartsen kon meer dan 2 van de 23 middelen zo opnoemen. Waarom ze het niet deden: te veel werk, wisten het niet, en zagen er het nut niet van in.
Het waren vooral apothekers die vervolgens de mailbox van het Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik vulden: de uitkomsten waren nog veel te rooskleurig. In de praktijk kwam men niet of slechts zelden de reden van voorschrijven tegen. Eén apotheker meldde dat tot dusverre slechts een ziekenhuis zich aan de verplichting hield (het Laurentius in Roermond).
Steeds ook de vraag: waarom hebben jullie ons niet bevraagd? Het antwoord: de opdracht was louter artsen te bevragen en de zelfrapportage zal dus vervuild zijn door sociaal wenselijke reacties. Het wordt er allemaal niet fraaier op. Dan maar de vlucht vooruit: wat ons betreft gaat de diagnose binnenkort met elk recept mee, dan zijn die 23 tenminste ook gedekt.