Kostenbesparing
Meneer B is boos. Boos, omdat het merk van zijn capsules is veranderd. Ze zien er anders uit dan voorheen en meneer vertrouwt het niet. Behalve alle emoties, helpt de taalbarrière ook niet echt mee; het is een moeizaam gesprek.
Meneer roept dat hij al zoveel premie betaalt en gewoon wil wat hij altijd had, vertrekt en doet zijn beklag bij de assistent van de huisarts, een balie verderop. Die kan ook niet veel goed doen. Ze krijgt een snauw, de doosjes worden op haar bureau gesmeten en ze trekt een hulpeloos gezicht naar ons: of wij er iets aan kunnen doen?
Helaas, meneer zal toch echt het nieuwe merk moeten proberen. Meneer gaat weg met “dan gebruik ik wel niets”, wat natuurlijk ook niemands bedoeling is. Twee uur later is hij echter alweer terug en probeert hij een afspraak te maken met de huisarts.
De huisarts loopt op dat moment toevallig langs en legt, voor de derde keer die dag, het hele verhaal uit. Het helpt niet, zijn frustratie en boosheid worden er niet minder van. Op zijn verzoek kijken we wat het kost, als meneer zijn oorspronkelijke merk wil behouden en komen tot de conclusie dat het nieuwe middel welgeteld 20 cent per drie maanden goedkoper is. Ik zie de assistent inwendig zuchten; leg dat maar eens uit.
De dag erna is meneer bij de huisarts geweest en komt hij weer bij ons langs; de hele situatie heeft hem veel stress en onrust opgeleverd. Hij heeft een recept voor risperidon gekregen.