Veilig maar boos
Terug in de tijd voor verbetering medicatieveiligheid.
Scenario 2: “Zo Claudia, deze patiënt heeft nog een receptje nodig. Doe maar een NSAID en wat oxycodon. Dosering moet je even opzoeken. Patiënt heeft wel een waslijst aan medicatie, neem je dat even door? Als je vragen hebt, hoor ik het. Ik accordeer het recept straks wel even aan het eind van het spreekuur.” “Oké”, zegt Claudia.
Scenario 1 is volslagen ondenkbaar, scenario 2 is algemeen geaccepteerd. Waarom? Beide zaken betreffen voorbehouden handelingen, waarvoor doktersassistenten niet bevoegd en bij complexe patiënten ook zeker niet bekwaam zijn. Maar medicatie voorschrijven wordt gezien als administratielast.
Onlangs werd in ons EVS ingesteld dat een door een doktersassistent voorgeschreven recept gecontroleerd moest zijn door de arts, voordat het digitaal kon worden verzonden. Met boze reacties tot gevolg. Op mijn advies dat dit proces efficiënter en veiliger is als de arts zelf voorschrijft, werd nog bozer gereageerd. Gevolg: minder digitaal, meer op papier, “want dat kan de assistent doen”. Nu gaan we terug in de tijd door de poging tot verbetering van de medicatieveiligheid …
Deze column is mij uit het hart gegrepen. Ik zou daaraan toe willen voegen dat het beroep van doktersassistent niet in de Wet BIG omschreven is, en er is daarvoor ook geen bepaald diploma vereist. Het is geen beschermde opleidingstitel, iedereen die werkt als assistent/medewerker in een artsenpraktijk kan zich doktersassistent noemen. Het verbaast mij niet dat dit gebeurt, maar ik kan mij goed voorstellen dat dit zeer frustrerend is voor de ziekenhuisapotheek.