Boos
Ik voel weer een beetje hoop.
Ik reed terug van de uitvaart, een beetje te hard zodat ik op tijd binnen was voor de avondklok. Maar ook omdat hard rijden fijn is, als je boos bent. Boos omdat – hij was immers niet mijn patiënt – ik qua zorg niets voor hem had kunnen doen.
Boos op mezelf omdat ik dacht dat ik misschien meer had kunnen doen dan mijn collega’s in dat andere ziekenhuis. Onzin, want ik weet best dat ze alles voor hem hadden gedaan, maar dat dit alles zoals bij zovelen niet genoeg bleek te zijn.
Boos omdat mijn ziekenhuis vorige week was aangemerkt als doelwit van relschoppers. Boos omdat deze mensen zich zo absurd gedragen. Boos op de situatie waarin wij allen verkeren. Boos omdat Ed er niet meer is.
Vandaag kreeg ik het bericht dat mijn beider oma’s volgende week worden gevaccineerd. Vorige week hebben we voor de eerste collega’s de tweede vaccinaties kunnen klaarmaken. Ik voel weer een beetje hoop. Nog even, even volhouden. We zijn er bijna. Toch?