Herexamen 2015 PW 28/29
Goede antwoord: a.
Vanwege het risico op leverfunctiestoornis moet de leverfunctie worden gecontroleerd voorafgaand aan de behandeling en 3 weken, 6 weken, 12 weken en 24 weken na aanvang van de behandeling.
Bij 1-10% van de patiënten geeft agomelatine een stijging van ALAT en/of ASAT. Bij een stijging van ALAT/ASAT van meer dan drie keer de bovengrens van de normaalwaarde en bij tekenen van mogelijke leverbeschadiging (zoals donkere urine, lichtgekleurde ontlasting, gelige huid of ogen, pijn in de rechterbovenbuik, aanhoudende en voor het eerst optredende onverklaarbare vermoeidheid) moet de behandeling worden gestaakt; na staken keren de transaminasewaarden meestal terug tot het normale niveau. Bij een stijging van ALAT/ASAT moeten de leverfunctietests binnen 48 uur worden herhaald.
Bij verhoging van de dosering moet de leverfunctie worden gecontroleerd met dezelfde frequentie als bij de start van de behandeling. De leverfunctie wordt daarna op klinische indicatie gecontroleerd [1].
Antwoord b: agomelatine heeft geen interactie met hydrochloorthiazide, in tegenstelling tot SSRI’s, venlafaxine en duloxetine.
Antwoord c: bij creatinineklaring groter dan 10 ml/min is aanpassen van de dosis of het doseerinterval van agomelatine niet nodig [2].
Antwoord d: agomelatine heeft geen interactie met acetylsalicylzuur. Er wordt wel een PPI geadviseerd bij een combinatie van acetylsalicylzuur 80 mg en SSRI, venlafaxine, duloxetine of trazodon (bij leeftijd ≥ 70 jaar) [3].
Bronnen:
1. KNMP Kennisbank: Informatorium Medicamentorum: agomelatine (1-5-2015)
2. KNMP Kennisbank: Medicatiebewaking: verminderde nierfunctie agomelatine (1-5-2015)
3. NHG-Standaard Maagklachten 2013.