Herexamen 2016 PW 21
Een gezette vrouw van 52 jaar komt vanwege haar hoofdpijn voor een pijnstiller in uw apotheek. Als u mevrouw naar haar medische historie vraagt, geeft zij aan dat zij sinds zes jaar aan auto-immuunhepatitis lijdt en dat dit gevorderd is tot levercirrose. De ziekte is nu stabiel en daar is mevrouw erg tevreden mee. Zij vindt het jammer dat zij niet meer een glaasje wijn bij het eten mag, maar heeft zich erbij neergelegd.
Welke pijnstiller raadt u aan?
-
a. Paracetamol in de standaarddosering.
-
b. Paracetamol in een verlaagde dosering van maximaal 2 gram per dag.
-
c. U raadt bewust geen paracetamol aan, maar een NSAID vanwege het risico op leverschade door paracetamol.
-
d. U adviseert mevrouw een afspraak te maken bij de huisarts om te kijken wat de oorzaak van de hoofdpijn is.
Toelichting
Het juiste antwoord is: a. Paracetamol in de standaarddosering.
Patiënten met levercirrose kunnen paracetamol gebruiken zonder dat ze een verhoogd risico hebben op hepatotoxiciteit. Een dosisverlaging van paracetamol wordt alleen geadviseerd in aanwezigheid van risicofactoren voor hepatotoxiciteit zoals alcoholgebruik of ondervoeding, wat in deze casus niet speelt [1].
NSAID’s moeten vermeden worden bij deze patiënten vanwege de nadelige effecten op de nierfunctie en het risico op gastro-intestinale bloedingen. Een recente review trekt dezelfde conclusie en geeft aan dat het voor een goede behandeling belangrijk is om paracetamol niet onder te doseren [2].
Bronnen:
1. Weersink RA, Borgsteede SD, Okel E, Pras N, van Putten AW. Het gebruik van paracetamol bij patiënten met levercirrose en het risico op hepatotoxiciteit. Nederlands Platform voor Farmaceutisch Onderzoek 2016;1:a1606.
2. Hayward KL, Powell EE, Irvine KM, Martin JH. Can paracetamol (acetaminophen) be administered to patients with liver impairment? Br J Clin Pharmacol 2016;81(2):210-22.