herexamen PW27en28
Een patiënt gebruikt een geneesmiddel (geen eiwitgeneesmiddel) dat bij kamertemperatuur moet worden bewaard en waarvan de houdbaarheid nog 6 maanden is. Hij gaat op vakantie naar een land met een temperatuur die gemiddeld rond de 35°C ligt.
Welke bewaartermijn adviseert u globaal aan de patiënt, wetende dat de patiënt dezelfde avond om 23.00 uur zal vertrekken en de handelsvergunninghouder niet meer te bereiken is, daar het inmiddels 18.00 uur is?
-
1 maand
-
1,5 maand
-
2 maanden
-
3 maanden
Toelichting
Het juiste antwoord is: 1,5 maand
De chemische stabiliteit wordt beïnvloed door de temperatuur. Het verband tussen ontledingssnelheid en temperatuur wordt gegeven door de wet van Arrhenius. Doordat de activeringsenergieën van de meeste ontledingsreacties niet al te sterk uiteenlopen, is uit de wet van Arrhenius af te leiden dat bij 10°C temperatuurstijging de reactiesnelheid met een factor 2 tot 4 toeneemt.
Uitgaande van een worst case-scenario en een kamertemperatuur van 25°C betekent dit dat de houdbaarheid bij bewaren op vakantie vier keer zo kort kan zijn als bij bewaren bij kamertemperatuur 25°C, dus slechts 1,5 maand.
Voor eiwitgeneesmiddelen is de wet van Arrhenius niet geschikt om de houdbaarheid bij hogere temperatuur af te leiden.
Bron: LNA-mededeling ‘Vakantie en productzorg’