Hepatitis B-vaccinatie voor alle zuigelingen
Rijksvaccinatieprogramma uitgebreid
Het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) is in 1957 gestart met de vaccinatie tegen de ziekten difterie, kinkhoest, tetanus en polio. In de loop der jaren is het RVP uitgebreid met onder analyse rode hond, bof, mazelen en Haemophilus influenza type B (Hib).
In 2003 werd de vaccinatie tegen hepatitis B bij risicopatiënten ingevoerd.Gekozen werd toen voor een risicogroepbenadering omdat Nederland een lage incidentie kende van hepatitis B.
Sterfgevallen voorkomen
Door alle zuigelingen te vaccineren, zal over een tijdsperiode van vijftig jaar, zo heeft het RIVM berekend, het aantal nieuwe gevallen van hepatitis B-infectie omlaag gebracht kunnen worden met 90%. Indien wordt vastgehouden aan het risicogroepenbeleid, daalt het aantal gevallen met 44%. Het RIVM schat dat over een zelfde tijdsperiode 1500 sterfgevallen zijn te voorkomen.
Risicogroepen
Nu komen alleen zuigelingen uit drie risicogroepen in aanmerking voor RVP: kinderen van HBsAg-positieve moeders, kinderen van wie ten minste een van de ouders afkomstig is uit een land waar hepatitis B middel of hoog endemisch is en kinderen met het syndroom van Down.
Per 1 oktober 2011 start het nieuwe vaccinatiebeleid van algemene hepatitis B-vaccinatie. Zuigelingen geboren op of na 1 augustus 2011 krijgen de hepatitis B-vaccinatie gelijktijdig gevaccineerd met DKTP-Hib volgens het vaccinatieschema 2, 3, 4 en 11 maanden.
Gevolgen hepatitis B
De verwekker van hepatitis B is het hepatitis B-virus (HBV). Het HBV verspreidt zich via bloed door het lichaam en wordt in de levercellen opgenomen.Het HBV beschadigt de levercellen niet. Als gevolg van een sterke afweerreactie van het lichaam kan in de acute fase een acute icterische hepatitis ontstaan. Maar de meeste personen zullen niets of nauwelijks iets merken van een acute infectie.
Symptomen van acute infectie zijn griepachtige verschijnselen, vermoeidheid en misselijkheid.Soms wordt dit gevolgd door een geelachtige gelaatskleur, donkere urine en stopverfkleurige ontlasting.
Als het lichaam het HBV niet kan opruimen, kan HBV-infectie leiden tot een chronische infectie met risico op leverfalen en ontwikkeling van een kwaadaardige tumor, namelijk hepatocellulaircarcinoom.