Vijf keer meer vrouwen dan mannen aan schildklierpil
Verschillen in aantallen gebruikers onder vrouwen en mannen
Bij het onderzoek naar geneesmiddelgroepen die door meer vrouwen respectievelijk meer mannen worden gebruikt, zijn alleen geneesmiddelen betrokken die receptplichtig zijn en die een substantieel aantal gebruikers onder beide seksen hebben. Als arbitraire ondergrens hanteert de SFK dat per jaar aan minimaal tien op de duizend mensen van beide geslachten ten minste één keer een middel is verstrekt uit een geneesmiddelengroep op ATC3-niveau. Door dit criterium blijven geneesmiddelen die specifiek voor vrouwen of mannen zijn ontwikkeld, zoals hormonale anticonceptiva, buiten beschouwing.
Voor de leeftijdsgroep van 25 tot 65 jaar voldeden in 2019 ongeveer 45 geneesmiddelgroepen aan dat criterium. Ongeveer 35 daarvan tellen meer vrouwen dan mannen als gebruiker. Voor de groep van 65 tot 85 jaar waren dat ongeveer 70 geneesmiddelgroepen waarvan ongeveer 45 meer vrouwelijke gebruikers hadden.
NAAR GESLACHT
In de leeftijdsgroep 25 tot 65 jaar gebruiken vijf keer zoveel vrouwen als mannen schildklierhormonen. Voor geneesmiddelen met calcium en middelen die de maaglediging bevorderen is dat ongeveer drie keer zoveel. Bij antidepressiva, slaapmiddelen en kalmeringsmiddelen is het verschil minder groot. Ze tellen ongeveer 70% meer vrouwelijk gebruikers.
Boven de 65 jaar worden schildklierhormonen door vier keer zoveel vrouwen gebruikt en ‘overige antibiotica’, met nitrofurantoïne – bij blaasontsteking – als belangrijkste vertegenwoordiger, vijf keer zoveel. Voor calcium is in deze groep de verhouding net zo groot als in de leeftijdsgroep onder de 65. Voor antidepressiva, slaap- en kalmeringsmiddel is het verschil groter, namelijk bijna twee keer zoveel vrouwen als mannen.
In de leeftijdsgroepen onder de 65 gebruiken 50% meer mannen cholesterolverlagers dan vrouwen. Dat is ook het grootste verschil in die leeftijdsgroep. Bloeddrukverlagende ACE-remmers zitten net onder die 50% en non-insuline antidiabetica op ongeveer 35%. Boven de 65 jaar gebruiken 25% meer mannen dan vrouwen cholesterolverlagers. In die groep kennen middelen bij jicht het grootste verschil: ze worden door drie keer zoveel mannen als vrouwen gebruikt. Nitraten bij angina pectoris en antibiotica die tot de chinolonen behoren, tellen 50% meer mannelijke gebruikers.
Stichting Farmaceutische Kengetallen: info@sfk.nl